Waar bent u naar op zoek?

Beroep en roeping

20-01-2015

De politieman kan zijn werk doen als voor Christus. De schoonmaakster ook. En ook de predikant. Toch kun je je wel afvragen: ‘Is dit, het werk dat ik nu doe, wat God wil?’ Nico van der Voet over christen-zijn op je werk.

Is het beroep dat je uitoefent je van God gegeven? Paulus zegt in Efeze 6 en Kolossenzen 3 en 4 dat heren en knechten elkaar moeten dienen omwille van Christus. Als ze hun werk doen, moeten ze weten dat ze een Heere in de hemelen hebben. Het lijkt niet uit te maken om welk werk dat gaat. Je kunt slaaf zijn. Je kunt heer zijn. Blijkbaar kun je alle werk doen in geloof.

Mensen kunnen zeggen: ‘De Heere heeft mij duidelijk gemaakt dat ik mijn baan moet opgeven en dit moet gaan studeren.’ Anderen weten dat het van Godswege goed is als ze gaan solliciteren. Sommigen worstelen ermee en weten niet goed wat Gods roeping in hun leven is. Ze weten dat ze de Heere willen dienen, maar niet hoe.

In elk beroep mogen we navolgers van God zijn (Ef.5:1). De man die zich afvraagt of het grote geld verdienen op de beursvloer Gods roeping is, moet zich eerst afvragen hoe hij Gods roepstem kan volgen óp de beursvloer. Hij kan daar als christen wel eens van grotere betekenis zijn dan hij denkt.

Het volledige artikel is te lezen in De Waarheidsvriend van 23 januari 2015.